Inloggen
Verkeer
Filters

Groep

Vak

Type

Werkbladen
Deeltafel van 1, 2, 5 en 10 gemixt (vleksommen) [2]
Groep 4 , 5 , 6
Met dit oefenblad kun je de deeltafel van 1, 2, 5 en 10 met vlek oefenen. Je kunt de deeltafels memoriseren of automatiseren. Weet je een deeltafel niet? Kijk dan of je met behulp van een andere som de deeltafel alsnog kunt oplossen. Ga aan de slag met dit werkblad en word een kei in de deeltafels.
Werkbladen
Deeltafel van 1, 2, 5 en 10 gemixt (vleksommen) [1]
Groep 4 , 5 , 6
Met dit rekenblad kun je de deeltafel van 1, 2, 5 en 10 met vlek door elkaar oefenen. Download dit werkblad en leer zo de deeltafel van 1, 2, 5 en 10 automatiseren. Download dit werkblad of een van de andere deeltafelwerkbladen en word een kei in de deeltafels.
Werkbladen > Getallen > Afronden > Tot en met 1.000.000
Rond het getal af op tientallen (getallen tot en met 200.000) [3]
Groep 7 , 8
Met dit werkblad kun je oefenen met het afronden van getallen op tientallen. De getallen gaan tot en met 200.000. Welk tiental ligt het dichtst in de buurt? Kijk eerst naar het getal rechts van het tiental. Is dit een 4 of lager, dan ga je naar het vorige tiental. Is het een 5 of hoger? Dan ga je naar het volgende tiental.
Werkbladen > Getallen > Afronden > Tot en met 100.000
Rond het getal af op tientallen (getallen tot en met 50.000) [3]
Groep 6 , 7 , 8
Oefen met dit rekenblad het afronden van getallen op tientallen. De getallen gaan tot en met 50.000. Om te weten of je naar boven of naar beneden moet afronden, kijk je naar de eenheden. Is dat een 4 of lager, dan rond je af naar beneden. Is het een 5 of hoger, dan rond je af naar boven. Je kunt de antwoorden controleren met het nakijkblad.
Werkbladen > Getallen > Afronden > Tot en met 100.000
Rond het getal af op tientallen (getallen tot en met 20.000) [3]
Groep 6 , 7 , 8
Met dit werkblad kun je oefenen met het afronden van getallen op tientallen. De getallen gaan tot en met 20.000. Welk tiental ligt het dichtst in de buurt? Kijk eerst naar het getal rechts van het tiental. Is dit een 4 of lager, dan ga je naar het vorige tiental. Is het een 5 of hoger? Dan ga je naar het volgende tiental.
Werkbladen > Getallen > Afronden > Tot en met 10.000
Rond het getal af op tientallen (getallen tot en met 5.000) [3]
Groep 5 , 6 , 7
Oefen met dit rekenblad het afronden van getallen op tientallen. De getallen gaan tot en met 5.000. Om te weten of je naar boven of naar beneden moet afronden, kijk je naar de eenheden. Is dat een 4 of lager, dan rond je af naar beneden. Is het een 5 of hoger, dan rond je af naar boven. Je kunt de antwoorden controleren met het nakijkblad.
Werkbladen > Getallen > Afronden > Tot en met 1.000
Rond het getal af op tientallen (getallen tot en met 1.000) [3]
Groep 5 , 6 , 7
Met dit oefenblad kun je aan de slag met het afronden op tientallen. De getallen gaan tot en met 1.000. Je kijkt naar de eenheden. Is dat getal een 5 of hoger? Dan rond je het getal af naar boven. Is het een 4 of lager, dan rond je het getal af naar beneden.
Werkbladen > Getallen > Afronden > Tot en met 1.000
Rond het getal af op tientallen (getallen tot en met 900) [3]
Groep 5 , 6
Oefen met dit rekenblad het afronden van getallen op tientallen. De getallen gaan tot en met 900. Om te weten of je naar boven of naar beneden moet afronden, kijk je naar de eenheden. Is dat een 4 of lager, dan rond je af naar beneden. Is het een 5 of hoger, dan rond je af naar boven. Je kunt de antwoorden controleren met het nakijkblad.
Werkbladen > Getallen > Afronden > Tot en met 1.000
Rond het getal af op tientallen (getallen tot en met 600) [3]
Groep 5 , 6
Oefen met dit rekenblad het afronden van getallen op tientallen. De getallen gaan tot en met 600. Om te weten of je naar boven of naar beneden moet afronden, kijk je naar de eenheden. Is dat een 4 of lager, dan rond je af naar beneden. Is het een 5 of hoger, dan rond je af naar boven. Je kunt de antwoorden controleren met het nakijkblad.
Werkbladen > Getallen > Afronden > Tot en met 500
Rond het getal af op tientallen (getallen tot en met 500) [3]
Groep 5 , 6
Met dit werkblad kun je oefenen met het afronden van getallen op tientallen. De getallen gaan tot en met 500. Welk tiental ligt het dichtst in de buurt? Kijk eerst naar het getal rechts van het tiental. Is dit een 4 of lager, dan ga je naar het vorige tiental. Is het een 5 of hoger? Dan ga je naar het volgende tiental.